23 aug 2007

Gemeenten en de bestrijding van de iepziekte

De iepziekte is funest voor de noord-hollandse populatie. In 1991 ging de bestrijding van de iepziekte over van het Rijk naar de gemeenten. Vanaf dat moment steeg het aantal zieke iepen aanzienlijk. Van de huidige iepenpopulatie was in Noord-Holland naar schatting 5% ziek (15.000 van de 300.000). De iepziekte is zeer besmettelijk; ook dood hout (zoals meegenomen brandhout) kan een besmettingshaard zijn.

Net zoals bij de bestrijding van andere epidemieen zijn hier bestuurlijke keuzes te maken en moet er politiek draagvlak zijn. Er is ook redelijk wat geld mee gemoeid. Alleen al de provincie Noord-Holland maakte in 2006 ongeveer 2 miljoen euro vrij voor het weghalen van de zieke iepen bij particulieren.

Basis van dit alles is een Convenant Iepziektebestrijding met alle betrokken iepenbeheerders
(alle gemeenten en terreinbeherende instanties in Noord-Holland) waarin afspraken staan over een "gecoördineerde" bestrijding van de iepziekte. Dit convenant loopt dit jaar af.
Bovendien besloot de provincie tot een éénmalige verwijdering van alle zieke iepen op particulier terrein bij alle gemeenten (uitgezonderd Texel, die als enige gemeente het Convenant niet heeft ondertekend) in Noord-Holland in 2005 en 2006.

Op een bestuurlijk conferentie tussen bestuurders lijkt nu over de toekomst van de iep te worden gesproken. Want gedeputeerde staten zullen of kiezen voor een gemeenschappelijke iepenbeheerorganisatie, of tot verlenging van het Convenant Iepziektebestreiding.

Ik ben benieuwd.

Geen opmerkingen: